Petra wordt door de Surinaamse Tewa Muller meegenomen in de gebruiken van de Surinaamse keuken. Ze neemt ons mee in de geheimen van de pom die haar oma altijd maakte. Een verhaal over een geheim familierecept, een kookkunstenares, de minister-president van Suriname Johan Adolf Pengel en de plantage La Prosperité.

Simo Bouabgha groeide op in het oasestadje Tinghir in het zuiden van Marokko, waar hij veel herinneringen heeft. Een van de belangrijkste is toch wel de langzaam gegaarde schapenkop, dat hem terugbrengt naar de keuken van zijn oma waar hij veel tijd spendeerde.

De Rotterdamse Archell Thompson groeide op in Curaçao, maar liet in Nederland jaren van drugs en criminaliteit achter zich. Om toch een stukje Curaçao te bewaren en door te geven, leert hij zijn dochters Funchi met bakkeljauw en gebakken banaan maken.

Songül Mutluer uit Zaandam komt uit een gezin van zeven kinderen, waarvan zes dochters. Haar ouders kwamen als Turkse gastarbeiders naar Nederland om te werken in de textielindustrie. Om het werken en de zorg voor de kinderen te kunnen volhouden, stuurden haar ouders Songül en een zus voor een paar jaar naar oma in Turkije. Op haar negende keerde ze voorgoed terug naar Nederland. Door het eten van haar zelfgemaakte dolma waant ze zich weer terug in Turkije.

Jannie Munk verruilde haar vaderland Denemarken voor Delft. Ze vond er de liefde en runde er een toprestaurant. Gaandeweg de jaren vernederlandste ze. Haar bezoeken aan de Deense Zeemanskerk in Rotterdam veranderden dat. Daar voelt ze zich Deen in hart en nieren. Jannie bezoekt met Petra Possel deze kerk en maakt haar lievelingsrecept voor haar klaar: speklapjes met peterseliesaus en aardappelen, het gerecht dat onlangs is uitgeroepen tot Deens cultureel erfgoed.