Lagerzeel, dorpje in het landelijke Brabant, jaren vijftig. Door Onckeloms, eigenaar van de plaatselijke brouwerij en man van aanzien, heeft één groot probleem: zijn zoon Jozef. De
.. show full overview
Lagerzeel, dorpje in het landelijke Brabant, jaren vijftig. Door Onckeloms, eigenaar van de plaatselijke brouwerij en man van aanzien, heeft één groot probleem: zijn zoon Jozef. De verwende en ziekelijke jongen dreigt aan de universiteit een onoverbrugbare achterstand op te lopen. Om Jozef te helpen, neemt Onckeloms de arme, meer begaafde René Hox haast als een eigen kind in huis op. René is de zoon van Tist en Trien, vrije vogels die Gods water over Gods akker laten lopen. Door het contact met het burgerlijke milieu dreigt René te vervreemden van zijn ouders. Eén van de vrienden van René is Tor, het zwarte schaap van het gezin Muys. Tor wordt na een afgrijselijk ongeval, waaraan hij noch part noch deel had, door zijn moeder uit het huis gezet. Hij vindt kost en inwoon bij de rijke vlasboer Witten D’Hert. Mieke, de meid van Witten, neemt de kunstzinnige Tor onder haar moederlijke hoede. Even ziet het er naar uit dat in Lagerzeel een relatieve rust zal terugkeren. Mede door toedoen van de frivole, eigengereide Celine evolueren de zaken echter snel naar een dramatische ontknoping.